Duurzaamheid is een hot item. In 2010 is er in Nederland veel te doen over duurzaamheid. Dagbladen en televisie besteden er aandacht aan. Tien oktober, later elf november wordt uitgeroepen tot dag van de duurzaamheid, de overheid gaat duurzaam inkopen en duurzame webwinkels schieten als paddenstoelen uit de grond.
Maar wat wordt er door de Nederlander verstaan onder “duurzaam” en “duurzaamheid”?
En hoe wordt die duurzaamheid in organisaties toegepast?
In het rapport van ons onderzoek in het kader van de dag van de duurzaamheid op 11 november 2010, kijken we naar duurzaamheid. Gezocht wordt naar de betekenis van de term “duurzaamheid” en hoe duurzaamheid in organisaties in Nederland wordt toegepast. De kaders voor het begrip duurzaam zijn gebaseerd op Our Common Future. Uit het onderzoek blijkt dat de respondenten vaak niet bekend zijn met deze definitie. Het onderzoek werpt nieuw licht op bekende inzichten over duurzaamheid en interpretatie van dit begrip door Nederlanders.
De volgende bevindingen uit het onderzoek vallen op:
- Bij de 51 respondenten is er 0% volledige overeenkomst bij het invullen van stellingen t.a.v. duurzaamheid. Zelfs over de 4 hoogst scorende stellingen is maximaal een derde van de respondenten het volledig eens. De duidelijke conclusie is dat er geen eenduidige interpretatie is van het begrip “duurzaamheid”.
- Alle respondenten geven aan dat ze in staat zijn om het begrip “duurzaamheid” (een beetje) uit te leggen aan een brugklas van het middelbaar onderwijs. Dus naast het feit dat er geen eenduidige interpretatie van het begrip bestaat, is er een grote stelligheid onder respondenten dat zij zelf een juiste interpretatie hebben
- Bekende en breed geaccepteerde duurzame thema’s zijn: 1. minder CO2 en 2. warmte-isolatie. Met de afzonderlijke stelling is meer dan 75% van de respondenten het “volledig” eens. Voor de combinatie van beide stellingen is tweederde (68,8%) van de respondenten het er “volledig” mee eens dat beide stellingen bij duurzaamheid horen. Omgekeerd geldt dus dat bijna éénderde van de respondenten vindt dat één of beide termen niet volledig bij het begrip duurzaamheid hoort.
- Volgens de respondenten vindt ruim 80% van de Nederlandse organisaties “duurzaamheid” een belangrijk thema. En bijna een derde van de respondenten (60%) vindt het ook volledig helder wat de organisatie hieronder verstaat. Combineren we dit met de eerste bevinding hierboven dan wordt dit beeld minder duidelijk: organisaties vinden duurzaamheid belangrijk, terwijl onder respondenten geen eenduidig beeld van dit begrip bestaat. De vraag is dan – wat vinden organisaties belangrijk? De veronderstelling is dat dit beperkt blijft tot de hoogst scorende stellingen: energiebesparing en terugdringen van de CO2 uitstoot.
- Werknemers hebben op een aantal punten een ander beeld van de duurzaamheid van een organisatie dan managers of eigenaren. Zo is bijvoorbeeld 82% van de respondenten het eens met de stelling dat de organisatie duurzaamheid belangrijk vindt. Maar in die kleine groep van 10% die het oneens is, zitten uitsluitend respondenten van de categorie “medewerker”. Dit beeld zien we terug bij meer stellingen in dat deel van het onderzoek.
- De respondenten geven vaak aan Voorloper of Innovator te zijn. Dit betekent enerzijds dat een aantal bevindingen niet representatief zijn voor de Nederlandse bevolking. Anderzijds betekent het dat de conclusies met nadruk gelden; er is zelfs onder de groep koplopers op het gebied van duurzaamheid dus heel weinig overeenstemming over wat er wordt verstaan onder de term “duurzaamheid”.
Duurzaamheid: conclusies en aanbevelingen
Eenduidige betekenis ontbreekt
Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat een eenduidige betekenis van het begrip duurzaamheid ontbreekt. De respondenten zijn bovendien sterk overtuigd dat zij een juiste interpretatie hebben. Dit draagt bij aan het beeld dat organisaties of personen in Nederland de term blijven gebruiken op een wijze die ze het beste uitkomt. Als het gaat over de stand van zaken op gebied van duurzaamheid bij Nederlandse organisaties blijkt bovendien dat de eigenaar of manager een positiever beeld heeft dan medewerkers.
Weinigzeggende doelstellingen
Als het begrip “duurzaam” zo weinig zeggend is, heeft het weinig toegevoegde waarde om als organisatie duurzaamheid te claimen. Het wekt bij klanten verschillende verwachtingen waardoor de positieve impact van de term “duurzaamheid” op termijn zal gaan verdwijnen. Een organisatie die zichzelf en haar diensten of producten associeert met duurzaamheid doet er verstandig aan zich te profileren met een heldere onderbouwing van duurzaamheid:
- Duidelijk, door termen als “milieuvriendelijk” of “ecologisch verantwoord” te vermijden en datgene te beschrijven wat de organisatie werkelijk doet.
- Transparant, dus inzichtelijk voor bijvoorbeeld klanten hoe duurzaamheid zich in de productieketen, van grondstof tot afnemers, wordt bereikt
Toepassen van duidelijke normen of richtlijnen help ook. De ISO 26000 norm die eind 2010 is gepubliceerd, is hier een goed voorbeeld van. Om met normen aan de slag te gaan, zijn gestandaardiseerde verbetermethoden van toegevoegde waarde. Bij de aanbevelingen van het onderzoek wordt nader aangegeven hoe de methode Lean SixSigma hierbij veel kan betekenen, omdat Lean SixSigma gebruik maakt van een breed scala aan hulpmiddelen en omdat Lean SixSigma ook kijkt naar alle mogelijke kostenbesparingen.
Zo hoeft Duurzaam niet Duur te zijn.
Aan de slag?
Gaat u na het lezen van dit artikel zelf ook met andere ogen naar Duurzaamheid kijken? Neem contact op voor een vrijblijvend gesprek. Bel Maarten Nijman: 06 288 48 156